Page 14 - Kijk op zijn omgeving
P. 14

Pagina 12

kennelijk niet te doen. Wie het kon missen betaalde voor de cursus, die één gulden, wie wat
minder ruim bij kas zat kon met een deel van dat bedrag toe en minvermogenden konden zelfs
gratis deelnemen.
In 1891 werd gestart met een landbouwwinter cursus. Het Rijk gaf er subsidie voor.
De belangstelling was groot. Het aantal cursussen breide zich dan ook uit.
Men deed soms heel wat moeite om aan wat geld te komen om een stuk heide grond te kopen
Daniel Slofstra werd Remplacant, dat wil zeggen, plaatsvervanger tegen betaling de militaire
dienst plicht voor een ander vervullen. Wel gestelde ouders vonden het maar niks dat hun zoon
in militaire dienst moest. Daniel kocht van het geld als remplacant een huis en een stuk heide,
overdag was hij bezig met het ontginnen van de heide, en 's avonds was hij schoenmaker.
In de tweede helft van de negentiende eeuw daalden de prijzen van de landbouwproducten,
de inkomsten uit het bedrijf daalden, arbeiders verdienden weinig.
De slechte tijden voor de boeren zowel als voor de arbeiders leidden er toe, dat velen gingen
uitzien naar betere mogelijkheden. Meerdere Friezen hadden al vrienden en verwanten in
Amerika want in de slechte tijd voor 1850 hadden al velen hun bezittingen verkocht en waren
de Oceaan overgestoken. Ze kozen de moeiten en ontberingen van de zware reis op een schip
een reis, die vele weken lang duurde en die een deel van de passagiers niet zou volbrengen,
omdat er onderweg bijna altijd ziekten uit braken. Niet alleen door honger en armoede
gedreven zochten de eerste emigranten hun geluk in Amerika. Vele emigranten hoorden tot de
afgescheidenen uit 1834. Door de hervormde overheden weggepest, hoopten ze in Amerika
onderleiding van Ds. van Raalte en anderen de vrijheid te vinden hun godsdienst in vrijheid te
belijden.
Maar ze waagden het in de hoop op een beter bestaan en op toekomstmogelijkheden voor de
kinderen in een land, waarvan verteld werd dat het onbegrensde mogelijkheden had.
De berichten van de verwanten waren soms wel wat tegenstrijdig, maar duidelijk was dat toch
velen daar een goed bestaan hadden gevonden. De beslissing was moeilijk, want de naam
Amerika mocht dan grote beloften inhouden, de kans op mislukking was niet uitgesloten.
Emigratie betekende afscheid nemen van de eigen vertrouwde omgeving, waarin men was
opgegroeid en van de familieleden, die men waarschijnlijk nooit zou weerzien.
Het voor en tegen van emigratie was in die tijd in menig gezin onderwerp van lange
gesprekken. De kaart van de verenigde Staten lag op tafel.
Men las in boekjes, die de Staten stuk voor stuk beschreven en bijzonderheden gaven over
woongelegenheid, de kerken en scholen. En zelfs wie nog nooit in Groningen, laat staan in
Amsterdam geweest was, liet zijn vingers gaan langs de rode lijnen, die de nieuwe spoorwegen
voorstelden, enorme afstanden, waarvan men zich nauwelijks een voorstelling kon maken.

In veel gezinnen werd armoede geleden, kinderen moesten al vroeg de deur uit.
Trijntje vertelde dat ze op dertien jarige leeftijd in betrekking kwam bij een boer in Oldeboorn,
's morgens vier uur er uit om te melken, overdag de vrouw helpen en melkbussen
schoonmaken, 's avonds weer acht koeien melken, en dan de vrouw weer helpen, één zondag
in de maand vrij, dan moest er ' s morgens eerst nog wel mee gemolken worden, 's avonds was
men dan vrij van melken. Melken was zeer belangrijk, dat werd je door de boer goed geleerd.
En daar moest men zijn best ook voor doen, anders kon hij je niet gebruiken. Ze wist het nog
zo goed. Zo leerde je dat eerst het spandauw, voordat je op je krukje ging zitten met de emmer
tussen je benen, daar was een bepaalde slag voor nodig.
   9   10   11   12   13   14   15   16   17   18   19